
THEMA 1
VERTROUWEN WAARMAKEN
Zij die voor het pensioenfonds verantwoordelijkheid dragen maken het in hen gestelde vertrouwen waar. Dat blijkt vooral uit adequaat bestuur, verantwoord beleggingsbeleid en zorgvuldig risico management.

THEMA 2
VERANTWOORDELIJKHEID NEMEN
Het bestuur neemt zijn verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de pensioenregeling.

THEMA 3
INTEGER HANDELEN
Het bestuur bevordert een cultuur van integriteit en compliance.

THEMA 4
KWALITEIT NASTREVEN
Het fonds stelt hoge kwaliteitseisen, voert daar beleid op en is een ‘lerende organisatie’.

THEMA 5
ZORGVULDIG BENOEMEN
Het fonds handelt zorgvuldig bij (her) benoeming en ontslag, en zorgt voor geschiktheid, complementariteit en diversiteit in de samenstelling van de organen van het fonds.

THEMA 6
GEPAST BELONEN
Het fonds voert een verantwoord en beheerst beloningsbeleid, gericht op kwaliteit, continuïteit en consistentie.

THEMA 7
TOEZICHT HOUDEN EN INSPRAAK WAARBORGEN
Het fonds waarborgt intern toezicht op de kwaliteit en integriteit van de bedrijfsvoering.

THEMA 8
TRANSPARANTIE BEVORDEREN
Het fonds streeft openheid na, communiceert over missie, strategie en risico’s en legt verantwoording af over gevoerd beleid.